De ontwikkeling van babyvoeten
Bij de geboorte zijn babyvoeten niet alleen klein en super schattig, maar ook fragiel en kwetsbaar. We vertellen je alles over de ontwikkeling van babyvoeten en over het wel of niet dragen van babyschoenen.
Eerst kraakbeen, dan pas bot
Wist je dat voetjes voornamelijk bestaan uit kraakbeen en daardoor nog zacht en buigzaam zijn? Je kunt het vergelijken met je oren. De oorschelp is zeer buigzaam en kun je gemakkelijk met je vingers dubbelvouwen doordat deze bestaat uit kraakbeen. Het kraakbeen in babyvoetjes transformeert uiteindelijk naar bot, maar deze botstructuren worden pas in het eerste jaar gevormd.
Je kunt je voorstellen dat het zachte kraakbeen in de voetjes gemakkelijk vervormt als de voetjes niet op de juiste manier verzorgd worden. Te kleine sokjes, schoenen met stugge zolen of schoenen in de verkeerde maat zijn erg ongezond, omdat ze de natuurlijke groei en vorming van babyvoetjes belemmeren. Dit kan blijvende schade aanrichten of zorgen voor klachten die zich pas op latere leeftijd uiten.
Ontwikkeling van spieren en zenuwen in babyvoeten
Spieren en zenuwen van babyvoeten zijn ook nog niet volledig ontwikkeld. Gedurende het eerste jaar verstevigen de spieren en aanhechtingen, om uiteindelijk het lichaamsgewicht te kunnen dragen. Babyvoetjes worden beschermd door een laagje babyvet. Dit zorgt voor een schattige ronde vorm en platvoetjes. Op latere leeftijd krijgt de voetboog vorm en verdwijnen de platvoetjes vanzelf.
Wanneer ontdekt een baby de voetjes?
Voeten beginnen goed te functioneren rond het eerste levensjaar. Om die reden beginnen baby’s rond deze tijd meestal ook te lopen. Voor het zover is moeten baby’s eerst vertrouwd raken met hun voetjes. Baby’s trappelen en spelen daarom graag met hun voeten. Ze pakken hun eigen voetjes vast en trekken hun sokjes vaak uit (vast heel herkenbaar). Terwijl ze dat doen, ontwikkelen de spieren zich en worden de voeten en benen voorbereid op het lopen en op het dragen van gewicht.